Creëer en Leer DRAMA
Previous Next
  • Dramalessen per groep
    • Dramalessen voor groep 1
    • Dramalessen voor groep 2
    • Dramalessen voor groep 3
    • Dramalessen voor groep 4
    • Dramalessen voor groep 5
    • Dramalessen voor groep 6
    • Dramalessen voor groep 7
    • Dramalessen voor groep 8
  • Abonnementen
    • Abonnementen
  • Trainingen
  • Gratis lessen
  • Een dramamethode kiezen
  • Contact

De Tsaar geeft een feestje!

  • 22/12/2013
  • Holger
  • · Groep 2

Werkvorm: werken met prenten. Je vertelt een verhaal en naar aanleiding van prenten wordt er uitgebeeld.
Benodigdheden: geen, kinderen mogen zelf verzinnen wie ze in het verhaal spelen.
Print de lesopzet inclusief prenten.
Tip: print het bestand dubbelzijdig af, als je de prent aan de kinderen laat zien kan je aan de achterkant de lesinhoud lezen. Het fijnste formaat voor zowel jou als de kinderen is A3.

Warming up:
De kinderen staan verspreid in het lokaal.
Inleiding: In deze les probeert de koning in een ander land te komen.

Spelvraag 1: Hoe kan je naar een ander land reizen? (laat een aantal antwoorden klassikaal uitspelen: sturen, reizen, uit het raam kijken, uitstappen).
Suggesties:  met de trein, met de auto, met het vliegtuig, met de boot.

Prent 1:
Vertellen: vertel dat dit een oud verhaal is, toen de koning nog per koets moest en vliegtuigen nog niet waren uitgevonden. Vertel dat de Tsaar van Rusland een feest geeft en de koning ook is uitgenodigd. Vertel ook dat hij met zijn vrouw en kinderen de koets aan het inpakken is, en dat het eerste deel van de reis prima verloopt.

Uitbeelden: Lakeien verzorgen de paarden. Iedereen sjouwt met koffers. Zitten in de koets (op de grond): hobbelige weg, bocht links, bocht rechts, berg op (duwen), berg af (lekker snel).

Vertellen: vertel dat het hard ging sneeuwen.

Prent 2: skiën.
Vertellen: Terwijl de prinsjes en prinsesjes spelen in de sneeuw bindt iedereen zijn ski’s onder.
Spelvraag 2:  Wat kun je spelen in de sneeuw? (laat een aantal antwoorden klassikaal uitspelen)
Suggesties:  sneeuwballen gooien, sneeuwpop maken, ‘engeltjes’ maken, schrijven in de sneeuw.

Spelvraag 3:  Hoe ziet skiën er uit?
Uitbeelden: beeld gezamenlijk skiën uit.

Prent 3: bobsleeën.
Vertellen: vertel dat er een bevroren rivier een ijsbaan van een berg naar beneden had gevormd. Vertel dat skiën te gevaarlijk is, maar dat ze de koets kunnen ombouwen tot slee.
Uitbeelden: de wielen worden er af geschroefd, de ski’s worde er onder gemaakt, de paarden worden op de slee geladen en ze tellen af. Zitten in de slee (op de grond): hobbelige ijsbaan, bocht links, bocht rechts, berg af (woooow), stukje door de lucht enzovoorts.

Prent 4: langlaufen.
Vertellen: vertel dat de rivier over gaat in sneeuw. Vertel ook dat het een stuk kouder wordt, zouden ze al bij Rusland zijn?
Uitbeelden: uitstappen, paarden eten geven en voor de slee spannen, kinderen mutsen op, handschoenen aan. ..

Vertellen: vertel dat ze richting Moskou langlaufen, over een heuvel komen en het paleis zien liggen.
Uitbeelden: langlaufen.

Prent 5: kunst schaatsen.
Vertellen: vertel hoe blij de Tsaar is om de Nederlanders te zien. Vertel dat het een super leuk feest is.
Spelvraag 4: Wat doe je op een leuk feest? (laat een aantal antwoorden klassikaal uitspelen)
Suggesties:  dansen, eten, spelletjes, liedjes zingen….

Afsluiting:
Vertellen: vertel dat iedereen op het feest zijn schaatsen aan doet en op prachtige Russische muziek gaat ijsdansen. Vertel ook dat het nog lang gezellig blijft in Moskou en iedereen nog lang en gelukkig leeft.

Einde.

Wat is een spelvraag? »

Een spelvraag is een vraag waarvan een paar antwoorden (veelal klassikaal) worden uitgebeeld. Kleur het spel in, daarmee bedoelen we dat je niet alleen de vraag stelt en de antwoorden laat uitbeelden, maar het spel daar omheen ook meepakt.

Dus niet zo:
Jij:‘ Hoe kan je naar een ander land reizen?’.
Kind antwoordt: ‘Met de auto’.
Jij: ‘Goed zo, met de auto. Ga maar auto rijden ’.

Maar zo:
Jij:‘ Hoe kan je naar een ander land reizen?’.
Kind antwoordt: ‘Met de auto’.
Jij: ‘Goed zo, met de auto. Ga maar auto rijden . Doe je deur open en ga zitten, verheet je riem niet. Waar zijn je sleutels? Zet ‘m op. Niet te hard hè, da’s gevaarlijk… ’. Enzovoorts.

Hiermee stimuleer je de het voorstellingsvermogen en de woordenschat van de kinderen.

« Prev Next »

Leerkrachtscherm

Leerkrachtscherm

Dramaland

  • Twitter
  • Facebook

Designed by Luke McDonald & Powered by WordPress