Werkvorm(en): acteerspel.
Activiteit: De kinderen verzinnen een verhaal over een beroepsgroep die moet werken met kerst en presenteren dat aan elkaar. De kinderen verzinnen een verhaal in twee stappen, opdrachten worden mondeling gegeven (niet op een opdrachtkaart).
Opmerking: iedere groep 3 heeft een andere taalontwikkeling. Licht de opdrachten mondeling toe op het niveau van je groep.
Print de les uit.
Inleiding.
De groep zit in hoefijzeropstelling. Vertel dat jullie in deze les gaan acteren. Benadruk dat je bij acteerspel duidelijk moet spreken en vanuit houding en gebaar moet spelen.
Warming up klassikaal.
De groep staat verspreid in het lokaal.
Instructie: Stel je voor dat je onder de kerstboom zit. Je pakt stiekem een cadeau uit, maar het is niet voor jou. Het is voor je vader: laat maar zien wat het is. Wat is een echt ‘papa-cadeau’?
Nadat ze het hebben uitgebeeld laat je het verkeerde cadeau weer denkbeeldig inpakken.
Hetzelfde met cadeaus voor moeder, oma, broertje, zusje, en eindelijk heb je jouw cadeau te pakken.
Geef kinderen steeds even de tijd om iedere spelopdracht uit te spelen.
Warming up tweetallen.
De groep zit in tweetallen in het lokaal op de grond, ze bepalen wie A is en wie B.
Instructie: Jullie krijgt spelopdrachten, voer die uit zonder contact te maken met andere tweetallen. Je moet er bij praten.
De kinderen gaan staan, en voeren de volgende opdrachten uit.
B je bent vergeten kerstcadeautjes te kopen, A je bent de Kerstman.
A je huisdier is ziek, B je bent dierendokter.
B je hebt een gat in je dak, A je bent bouwvakker.
A is op weg naar het kerstdiner maar je auto gaat kapot, B je bent automonteur.
Kern.
De groep zit in hoefijzeropstelling
Instructie: Niet iedereen kan met z’n familie kerst vieren, sommige mensen moeten gewoon werken. Jullie krijgen zo in werkgroepen de opdracht om een verhaal te spelen waarin die mensen eerst hun beroep uitoefenen en dan pas kerst kunnen vieren op hun werk. Ik verdeel de rollen als ik de opdracht kom vertellen.
Maak werkgroepen en deel de mondeling opdrachten uit.
Maak een verhaal in twee stappen:
Stap 1: jullie werken / oefenen je beroep uit.
Stap 2: jullie vieren kerst op je werk.
Tips: zet bovenstaande stappen op je bord of een A3 aan de muur. Voor groep 3 kan je coachen wanneer ze niet vanzelf naar stap 2 kunnen spelen (speel naar stap 2).
Groep: Kinderen van de werkgroep verdelen in:
1: Brandweer brandweer/slachtoffer
2: Restaurant personeel personeel/klant
3: Ziekenhuis personeel personeel/patiënt
4: Personeel openbaar vervoer personeel/reiziger
5: Politie agent/burger