Creëer en Leer DRAMA
Previous Next
  • Dramalessen per groep
    • Dramalessen voor groep 1
    • Dramalessen voor groep 2
    • Dramalessen voor groep 3
    • Dramalessen voor groep 4
    • Dramalessen voor groep 5
    • Dramalessen voor groep 6
    • Dramalessen voor groep 7
    • Dramalessen voor groep 8
  • Abonnementen
    • Abonnementen
  • Trainingen
  • Gratis lessen
  • Een dramamethode kiezen
  • Contact

De Rattenvanger van Hamelen

  • 18/08/2012
  • Holger
  • · Groep 1 · Uncategorized

Werkvorm: teacher in role. Teacher in role is een werkvorm waarbij je schakelt tussen vetteller en speler. Tijdens dat je vertelt zet je een hoofddeksel op en speelt een rol.

Tips voor teacher in role »

Teacher in role is echt dolle pret om te doen, je helpt jezelf door op de volgende zaken te letten.
A: kies voor iedere rol een herkenbare houding (breed voor de ene rol, krom voor de andere. Dit helpt jezelf en het publiek bij het onderscheid maken tussen de rollen.
B: zorg dat beide rollen een ander hoofddeksel dragen, dit stimuleert de inleving.
C: maak je geen zorgen. Je hoeft echt geen goede speler te zijn voor deze werkvorm, doorgaans gaan kleuters er makkelijk in mee.

Benodigdheden: hoed burgemeester, hoed rattenvanger, fluit.
Print de lesopzet inclusief spiekbrief.
Tip:
vertel zonder papier in je handen, print de spiekbrief uit en hang die ergens neer zodat je je handen vrij hebt.

Warming up: De kinderen staan verspreid in het lokaal. Instructie: Ik ga jullie een verhaal vertellen over een dorpje van heel vroeger.

Spelvraag 1:  Welke beroepen had je heel vroeger? (laat een aantal antwoorden klassikaal uitspelen).  Suggesties: hoefsmid, bakker, kleermaker, schoenmaker…

De start: Welkom thuis.
De kinderen beelden uit wat jij vertelt (vertelpantomime).  Vertel dat de dorpelingen thuis komen van een lange dag, op hun bank gaan zitten en iets horen. Vertel dat ze opstaan, achter de bak kijken en dat er allemaal ratten zitten. Vertel dat de dorpelingen met hun bezems de ratten verjagen.

Deel 1: de burgemeester.
De kinderen gaan zitten. Vertel dat de burgemeester van het dorpsgeld allerlei lekkers voor zichzelf had gekocht. Het gemeentehuis was van steen dus hij had nog geen rat gezien. Kies een kind dat bij de burgemeester gaat klagen over ratten. Vertel dat er wordt aangeklopt en dat hij open doet.

Doe de burgemeestershoed op en doe open. Beloof van alles aan de klagende dorpeling en neem afscheid. Het kind mag weer gaan zitten, jij doet je hoed af.

Deel 2: nog meer last.
Vertel dat de burgemeester het al gauw weer was vergeten, en de mensen in het dorp zaten er maar mooi mee.
Spelvraag 2:  Wanneer is het echt lastig als er ratten in de weg lopen? (laat een aantal antwoorden klassikaal uitspelen waarbij de ene helft mens en de andere helft rat speelt). 
Suggesties: in het verkeer, tijdens de gymles, tijdens de dansles…

Deel 3: de Rattenvanger van Hamelen.
De kinderen gaan zitten. Vertel dat de mensen boos voor het gemeentehuis gaan zitten. Doe de burgemeestershoed op en stel de dorpelingen gerust. Doe de hoed af en vertel dat er geluid van een fluit klinkt. En dat er een vreemdeling op de burgemeester toe loopt. Speel door te wisselen van hoeden dat de burgemeester met de Rattenvanger afspreekt dat die duizend goudstukken krijgt als hij de ratten verjaagd.

Deel 3: de ratten verdwijnen.
De kinderen gaan op handen en voeten zitten, ze lopen achter jou als Rattenvanger aan. Vertel dat ze betoverd zijn door het geluid van de fluit. Ga denkbeeldig over rotsen, spring over plassen, zwem over een rivier en laat de ratten op de grond zitten. Duw een rotsblok opzij en vertel dat de ratten waren opgesloten in een grot.

Deel 4: de Rattenvanger is boos.
De kinderen gaan zitten op de banken. Speel door te wisselen van hoeden dat de burgemeester tegen de Rattenvanger heeft gelogen. Hij heeft geen duizend goudstukken. Vertel dat de Rattenvanger boos vertrekt.

Deel 5: de kinderen verdwijnen.
De kinderen gaan liggen. Vertel dat de Rattenvanger die nacht terugkomt en dat hij speelt op zijn fluit. De kinderen openen hun ogen, ze lopen achter jou als Rattenvanger aan. Vertel dat ze betoverd zijn door het geluid van de fluit. Ga denkbeeldig over rotsen, spring over plassen, zwem over een rivier en laat de kinderen op de grond zitten. Duw een rotsblok opzij en vertel dat de kinderen waren opgesloten in een grot.

De ontknoping: En nu?
Laat de kinderen op de banken of stoelen  zitten. Vertel dat de ouders heel verdrietig waren toen ze merkten dat hun kinderen waren verdwenen, en dat iedereen naar de burgemeester ging. Vertel ook dat het echte einde van ‘de Rattenvanger van Hamelen’ (van de kinderen werd nooit meer iets vernomen) een beetje naar is, dat we ons eigen einde gaan verzinnen.

Spelvraag 3:  Hoe moet dit eindigen?
Suggesties: de ouders vinden de kinderen, de burgemeester krijgt straf, er worden duizend goudstukken verzameld.

Bepaal met de kinderen het einde en beeld dat uit.

Einde

Wat is een spelvraag? »

Een spelvraag is een vraag waarvan een paar antwoorden (veelal klassikaal) worden uitgebeeld. Kleur het spel in, daarmee bedoelen we dat je niet alleen de vraag stelt en de antwoorden laat uitbeelden, maar het spel daar omheen ook meepakt.

Dus niet zo:
Jij:‘Wat was er vroeger in een stad te zien?’.
Kind antwoordt: ‘De hoefsmid’.
Jij: ‘Goed zo, de hoefsmid. Ga maar een hoefijzer maken ’.

Maar zo:
Jij:‘Wat was er vroeger in een stad te zien?’.
Kind antwoordt: ‘De hoefsmid’.
Jij: ‘Goed zo, de hoefsmid. Laat je spierballen zien, loop naar de stal en aai de paarden, neem er een aan een touw mee en bindt hem vast in je werkplaats. Sla met je hamer op het ijzer ’… Enzovoorts.

Hiermee stimuleer je de het voorstellingsvermogen en de woordenschat van de kinderen.

Spiekbrief. Deze symbolen staan in je spiekbrief:

 

« Prev Next »

Leerkrachtscherm

Leerkrachtscherm

Dramaland

  • Twitter
  • Facebook

Designed by Luke McDonald & Powered by WordPress