Creëer en Leer DRAMA
Previous Next
  • Dramalessen per groep
    • Dramalessen voor groep 1
    • Dramalessen voor groep 2
    • Dramalessen voor groep 3
    • Dramalessen voor groep 4
    • Dramalessen voor groep 5
    • Dramalessen voor groep 6
    • Dramalessen voor groep 7
    • Dramalessen voor groep 8
  • Abonnementen
    • Abonnementen
  • Trainingen
  • Gratis lessen
  • Een dramamethode kiezen
  • Contact

A Christmas Carol

  • 29/06/2011
  • Holger
  • · Groep 8

Werkvorm(en): acteerspel.
Activiteit: De kinderen studeren een deel van ‘A Christmas Carol’ in  en presenteren dat aan elkaar.
Benodigdheden: opdrachtkaarten, een hoofddeksel voor Ebenezer Scrooge dat door alle werkgroepen wordt gebruikt zodat Scrooge steeds herkenbaar is.
Opmerkingen: Deze les duurt ongeveer 75 minuten. De resultaten van deze les kunnen goed als kerstepel worden opgevoerd. Geef ze dan een keer extra repetitietijd en coach hen op spelrichting en verstaanbaarheid. 
Print de lesopzet inclusief opdrachtkaarten.

Drama TV: de aflevering staat in het klassenmenu.
Kijk hier voor de kerstles ‘Een kerstwens uit de krant’

Inleiding.
De groep zit in hoefijzeropstelling. Inleiding:

A Christmas Carol verscheen op 19 december 1843 en was uitverkocht op de 22e. De eerste versie was geïllustreerd door John Leech. Het boek was dus onmiddellijk een succes met een verkoop van 6000 exemplaren binnen een week. Dickens schreef dit boek om een schuld te kunnen afbetalen (en het verkoopsucces was dus belangrijker dan de literaire waarde).

Het boek kwam uit in een periode dat de tradities van Kerstmis steeds minder in ere werden gehouden. A Christmas Carol bracht daar een verandering in.

Vertel dat jullie in deze les gaan acteren. Benadruk dat je bij acteerspel duidelijk moet spreken en vanuit houding en gebaar moet spelen.

Warming up klassikaal.
De groep staat verspreid in het lokaal.
Instructie: Je krijgt spelopdrachten, voer die uit zonder contact te maken met een klasgenoot.

Spelopdrachten: Je pakt een cadeau uit maar je hebt het al, je doet je best enthousiast te doen. Je krast een kraslot open en je hoopt op een prijs van een miljoen, je wint niets. Je denkt in de verte een goede vriend te zien, van dichtbij blijkt het iemand te zijn die je niet kent. Je moet naar buiten maar er ligt sneeuw en het is koud, je hebt een hekel aan kou.

Geef kinderen steeds even de tijd om iedere spelopdracht uit te spelen.

Warming up tweetallen.
De groep zit in tweetallen in het lokaal op de grond, ze bepalen wie A is en wie B.
Instructie: Jullie krijgt spelopdrachten, voer die uit zonder contact te maken met andere tweetallen. Je moet er bij praten.

B haalt geld op voor zielige kindjes, A is Scrooge de gemenerik.
A is een verdwaald kind, B is Scrooge de gemenerik.
B verkoopt enthousiast kerstbomen, A is Scrooge de gemenerik.
A zingt kerstliedjes aan de deur, B is Scrooge de gemenerik.

Benadruk dat kinderen elkaar niet mogen aanraken en rennen, de mopperige situaties worden soms vertaald in duwen en achtervolgen. De kinderen gaan staan, vullen zelf hun spelsituaties in en spelen door totdat je de volgende spelopdracht geeft.

Kern.
De groep zit in hoefijzeropstelling
Instructie: Jullie krijgen zo in werkgroepen de opdracht om een deel van ‘A Christmas Carol’ in te studeren, daarna spelen we het achter elkaar en zien zo het hele verhaal. Het is niet het letterlijke verhaal maar een bewerking. Anders zou de les wel erg lang duren.

Bespreek kort de aandachtspunten op de opdrachtkaarten. Zie bijlage 1 voor een voorbeeldopdracht. Maak werkgroepen en deel de opdrachtkaarten uit.

Bijlage 1:

A Christmas Carol

In het verhaal van ‘A Christmas Carol’ krijgt de gemene Ebenezer Scrooge bezoek van geesten die hem laten inzien dat hij zijn leven moet beteren.
Jullie krijgen een klein deel van het verhaal, lees de beschrijving goed door en studeer het in.

Hier staat de beschrijving van het verhaaldeel op de opdrachtkaart.

Acteren: speel met grote gebaren en duidelijke gezichtsuitdrukkingen, praat luid en duidelijk.
Voorkom het uitbeelden van geweld .

Extra opdracht (als je er aan toe komt):
Hier staat bij de kinderen de beschrijving van een extra toevoeging. Ze doen dit alleen als het repeteren voorspoedig verloopt
Zeg het voorafgaand aan de presentatie als je de extra opdracht hebt gedaan.

Nabespreken van een presentatie bij drama »

Een nabespreking van een presentatie bij drama bestaat uit 3 aspecten:
1: De opdracht. Bijvoorbeeld: Hoe probeerde de sporter vals te spelen?
2: Iets dat het competente gevoel stimuleert, zoals een publiekscompliment. Bijvoorbeeld: ‘Publiek, benoem een sterk moment uit deze presentatie’.
3: Het spel. Dit doe je naar aanleiding van pictogrammen (aandachtspunten). Onderaan het klassenmenu staat een link naar het leerkrachtscherm, daar staan de pictogrammen. Je kan ze daar ook uitprinten. Zonder het werken met aandachtspunten verklein je de kans op spelontwikkeling en inzicht, het is dus erg belangrijk om de pictogrammen te gebruiken. Voorbeeldvraag: ‘Waar was er sprake van een heldere gezichtsuitdrukking?’

Behandel op tempo deze 3 aspecten. Wil je vakdidactisch correct nabespreken maak dan een notitie op je lesopzet voordat je de les geeft.

Wil je iets kwijt over deze les?
Een aanvulling, idee, opmerking over deze les? Heb je een foutje gezien, of wil je ons laten weten hoe de les is gegaan: vul onderstaand formulier in. We zijn blij met iedere reactie, het helpt ons om de kwaliteit te waarborgen die je van ons gewend bent.

« Prev Next »

Leerkrachtscherm

Leerkrachtscherm

Dramaland

  • Twitter
  • Facebook

Designed by Luke McDonald & Powered by WordPress